3.2.1 Compensatie voor ouderen met een klein pensioen.
Een deel van de ouderen is in de afgelopen periode onevenredig getroffen door het beleid van het kabinet. Zij kregen te maken met hogere lasten, extra kosten voor zorg en wonen en voor een deel werden hun pensioenen niet geïndexeerd of zelfs gekort. Zij profiteren ook het minst nu de economie langzaam aantrekt. Dit voelt voor deze groep als een groot onrecht, na alles wat zij aan de samenleving hebben bijgedragen. Een tientje meer of minder is voor ouderen met een klein pensioen een groot verschil. Wij voelen het als onze plicht om voor deze groep ouderen met een klein pensioen op te komen en hen substantieel te compenseren voor de opgelopen achterstand.
3.2.2 Werk voor ouderen.
Door de verhoging van de AOW-leeftijd werken veel ouderen langer door. Dat is belangrijk en goed: zo kunnen zij hun kennis en ervaring inzetten en overbrengen op jongere collega’s. Tegelijkertijd is juist het aantal ouderen zonder werk in de afgelopen jaren fors gestegen. Het kabinetsbeleid om deze mensen weer aan het werk te krijgen heeft veel geld gekost maar weinig banen opgeleverd. Voor een deel van deze ouderen geldt dat zij genoodzaakt waren hun loopbaan voort te zetten als flexwerker of zzp’er. Ze doen nu hetzelfde werk, maar dan zonder verzekering, pensioenopbouw en de zekerheid van een baan tot hun 67e. Een verkorting van de verplichting voor werkgevers om bij ziekte tot twee jaar loon door te betalen, kan zeker voor deze groep ouderen een flinke verbetering betekenen.
5.3 Onze pensioenen
Veel ouderen, maar ook veel jongeren maken zich terecht zorgen over hun pensioen. Ons stelsel blijkt minder zeker dan we altijd dachten, ook omdat we allemaal steeds ouder worden. De economische crisis, de bankencrisis en het beleid van de Europese Centrale Bank om de rente zeer laag te houden, hebben grote schade aangericht in het vertrouwen in ons pensioen. In de afgelopen jaren zijn veel pensioenen niet geïndexeerd en voor de komende periode dreigen zelfs kortingen. Dit raakt in het bijzonder onze ouderen, niet alleen financieel maar juist ook emotioneel. Ze voelen zich alleen gelaten, zonder perspectief op herstel. Om het vertrouwen in het pensioenstelsel te herstellen, moeten we de risico’s onder ogen zien en van een passend antwoord voorzien. We willen het goede behouden en het stelsel versterken en toekomstbestendig maken.
5.3.1 Het goede behouden
Voor ons staat voorop dat ons pensioenstelsel een Nederlandse zaak is en onder geen beding een Europese aangelegenheid. Onze pensioenen zijn opgebouwd door werknemers en werkgevers en alleen zij kunnen hierover beslissen. Het CDA blijft zich daarom met kracht verzetten tegen nieuwe EU-regels en de toezichtsarbitrage die dat met zich meebrengt. In de tweede plaats kiezen wij voor het behoud van de solidariteit tussen generaties als kernwaarde onder ons pensioenstelsel. Hieruit volgt een verplichting voor alle werknemers van een bedrijf of een bedrijfstak om mee te doen aan een pensioenregeling. Daarom kiezen wij ervoor dat zzp'ers alleen de volledige zelfstandigenaftrek krijgen als zij een minimumbedrag opzij leggen voor hun eigen pensioenvoorziening. Die aftrek was ooit bedoeld om tegemoet te komen aan de extra kosten van het ondernemerschap en dus moet die daar ook aan worden besteed. Dat creëert het broodnodige gelijke speelveld tussen werkenden met verschillende contractvormen. Daarnaast vinden wij dat een pensioen alleen een echt pensioen is als je ook een dekking hebt voor arbeidsongeschiktheid en overlijden. Op die manier delen we met elkaar de risico’s, wordt iedereen beschermd bij arbeidsongeschiktheid en overlijden en behoudt iedere werknemer aanspraak op een pensioen, hoe oud iemand ook wordt. Deze collectiviteit en solidariteit bieden ook een belangrijk schaalvoordeel bij het beleggen.
5.3.2 Noodzakelijke aanpassingen
De verbetering van het stelsel zit in de keuze voor een meer persoonlijk pensioen waarbij veel beter inzichtelijk is wat iedere deelnemer aan het eind van de rit overhoudt. Dat persoonlijke pensioen is ook overdraagbaar naar een ander fonds als je van baan verandert. Wij willen meer maatwerk mogelijk maken door voor jongeren die nog een langere spaarperiode voor de boeg hebben meer risico’s toe te staan, terwijl bij ouderen juist wordt gekozen voor zekerheid en stabiliteit. Ook willen we dat het onder voorwaarden mogelijk wordt dat mensen bij uitkering van het pensioen kunnen kiezen in uitgaven voor hun pensioen of het eigen huis. Tenslotte moeten pensioenfondsen veel duidelijker communiceren met deelnemers, ook ten aanzien van de eigen kosten.