Een bank of een kredietinstelling is een financieel instituut dat bewaring van geld, leningen, betaalverkeer en diverse andere diensten aanbiedt.
Banken vallen onder hetzelfde toezicht als verzekeraars. Met dit toezicht, beschreven in de Wet op het Financieel Toezicht (Wft), worden consumenten en bedrijven beschermt. De Nederlandsche bank (DNB) en de Autoriteit Financiële Markten (AFM) voeren het toezicht uit.
De primaire functie van commerciële banken is het uitlenen van geld tegen rente. De omzet komt tot stand doordat banken geld aannemen in deposito en dat geld meermalen uitlenen (fractioneel bankieren). Dit systeem is de voornaamste vorm van geldschepping in moderne economieën. Andere bronnen van inkomsten zijn financieel advies en provisies op financiële transacties.
Banken houden zich bezig met het verzorgen van betalingsverkeer voor hun klanten, het verstrekken van kredieten aan personen en ondernemingen, de handel in vreemde valuta, het voor ondernemingen en overheden plaatsen van emissies van obligaties en aandelen, met de handel in effecten voor eigen rekening, met vermogensbeheer voor derden (particulieren en institutionele beleggers), met het bewaren van effecten voor derden en met het afhandelen van financiële transacties op de beurs. Banken zijn actief op zowel de geldmarkt als de kapitaalmarkt.
Banktypen
Consumentenbanken
Consumentenbanken (ook: nutsbanken) richten zich op dienstverlening aan particulieren door middel van het mogelijk maken van betalingsverkeer, sparen en kredietverstrekking. Omdat betalen, sparen en lenen worden gezien als maatschappelijk noodzakelijke (nuttige) activiteiten, worden deze banken ook wel nutsbanken genoemd.
Private bank
De private bank is een bank voor vermogenden. Bij de meeste van deze banken geldt dat er pas een rekening kan worden geopend wanneer er een minimumbedrag (vaak vanaf 100.000 euro) gestort wordt. Voorbeelden van dergelijke banken: Van Lanschot Bank, MeesPierson en het Zwitserse UBS.
Zakenbanken
Zakenbanken (ook: investeringsbanken) voeren voor bedrijven de plaatsing van aandelen en obligaties op een effectenbeurs uit. Ze spelen ook een actieve rol in het fuseren en in het opsplitsen van bedrijven. Zakenbanken handelen daarnaast, veelal op risicovolle wijze, voor eigen rekening. Bekende voorbeelden zijn Goldman Sachs in de Verenigde Staten of Nomura Securities in Japan.
Algemene oftewel universele banken
De meeste grote banken in Europa fungeren traditioneel als universele banken, waarbij consumentenbankieren met zakenbankieren wordt gecombineerd. Om een hogere rentabiliteit te behalen werd er vanaf de jaren negentig bij veel banken meer nadruk gelegd op de zakenbankactiviteiten. Omdat tijdens de kredietcrisis bleek dat het risicovolle zakenbankieren een gevaar op kon leveren voor de consumentenactiviteiten (spaargelden) van dezelfde banken, is op verschillende bestuurlijke niveaus voorgesteld om de gecombineerde banken op te splitsen in een zakendeel en een consumentendeel.
Offshore banken
Een offshore bank is een bank die kantoor houdt op een plek waar de belastingdruk en/of de regeldruk het laagst is. Bekende plaatsen waar dit type banken gevestigd is zijn: Zwitserland, de Kanaaleilanden en de Kaaimaneilanden.
Ondernemersbanken
Dit bankmodel is opgezet voor en door ondernemers. Ondernemers financieren vanuit eigen middelen en uit middelen van mede-ondernemers andere MKB-bedrijven. In samenwerking met een participatiemaatschappij kan op deze manier financiering aangeboden worden in de vorm van eigen en vreemd vermogen. Naast de financiering wordt de MKB-ondernemer ook, door andere ondernemers, gemonitord en begeleid.